Ik zou zo graag vermageren.
Ik zou zo graag vermegeren.
Ik bijt mij op de negelen,
mijn balijnen.
Ik bijt mij op de negelen,
mijn balkon.

Ik eet de ganse dag citroen
en tussen in watermeloen.
Helaas, er is niets aan te doen;
mijn balijnen.
Helaas er is niets aan te doen,
mijn balkon.

De dokter schreef mij pillen voor.
De dokter schreef mij pillen voor.
Maar ik werd er nog dikker door,
mijn balijnen.
Zowel van achter als van voor,
meer balkon.

Het is niet altijd zo geweest.
Eens was ik slank en rank van geest.
Ik was de smalste op het feest,
geen balijnen.
Ik was zo mager als een geest,
geen balkon.

Als ik nu nog wat dikker word,
dan kom ik zeker vel te kort.
Ik word een overdreven fort
vol balijnen,
en heel waarschijnlijk binnen kort
een ballon.